Lesideetjes
Mandala van je geboortedatum tekenen
Door de strakke regelmaat is een mandala altijd mooi, ook al is hij niet helemaal symmetrisch. Dit idee heb ik uitgevoerd met brugklassers, die moesten leren om te gaan met passer en geodriehoek en ook net hadden geleerd hoe ze hoeken moesten tekenen en meten. Ik had een leuke deal met de docent van tekenen: bij mij tekenden de leerlingen gedurende twee wiskundelessen van 45 minuten de mandala, en vervolgens werd die bij tekenen ingekleurd en gedecoreerd, waarbij de kleurenleer aan bod kwam. Wie zijn eigen persoonlijke mandala heeft gemaakt vergeet nooit meer dat een cirkel 360 graden heeft!
- Neem je geboortedatum, bijvoorbeeld 26 december 1965, en schrijf die met alleen cijfers: 26121965
- Teken met de passer zoveel concentrische cirkels als er cijfers in je geboortedatum zitten (8 in dit geval)
- Verdeel de 8 cirkels van binnen naar buiten in het aantal delen dat de cijferreeks van je geboortedatum aangeeft: de eerste in tweeën, de tweede in zessen, de derde niet, de vierde weer in tweeën, enz.
- Kleur of versier de delen op zo’n manier dat de mandala ‘leesbaar’ blijft: je klasgenoten kunnen je geboortedatum eruit halen.
Tips bij 1:
Sommige data zijn vrij saai (111992). Wie op 1 januari 1992 werd geboren heeft slechts 6 concentrische cirkels nodig.
Er zijn mensen die de cijfers van de datum bij elkaar optellen (2+6+1+2+1+9+6+5 = 32; 3+2=5) tot ze één cijfer overhouden. Dat is het cijfer dat bij jou hoort, net zoals er ook een sterrenbeeld bij jou hoort. Als je dat persoonlijke cijfer ook in je mandala wilt verwerken moet je daar nog een extra cirkel voor reserveren.
Tips bij 2:
Sommige data zijn nogal moeilijk door de nullen: (20 oktober 2000 wordt 20102000). Degene die op 20 oktober 2000 werd geboren heeft slechts drie concentrische cirkels nodig. Het probleem is dat de nul niet kan worden weergegeven. We nemen in dat geval de 2 en de 0 samen tot 20 en maken daarvoor één cirkel, die later in twintig delen verdeeld wordt. Dat is voor de maand oktober natuurlijk ook te doen: weer één ring die in tienen wordt verdeeld. Het geboortejaar 2000 zou echter ook één ring moeten krijgen, die dan in 2000 delen verdeeld moet worden?! Ik heb wel eens een ring in 200 delen verdeeld voor een baby die werd geboren in 2003. Leerlingen die hun eigen geboortedatum problematisch vinden, kunnen natuurlijk een mandala maken ter gelegenheid van hun oma’s 70ste verjaardag, de geboorte van een nieuw neefje of nichtje of het 12½ jarig huwelijk van hun ouders.
Veel leerlingen vinden het tekenen van nette cirkels met een passer moeilijk. De benen van de passer moet je niet aanraken tijdens het trekken van de cirkel, want dan verandert de straal. Soms helpt het om te gaan staan bij het maken van cirkels, want dan kan het hele bovenlichaam meebewegen met de cirkelbeweging.
Wie vooruit denkt, beseft dat ‘enen’ in de datum saaie effen banden in de uiteindelijke mandala geven. Bij het tekenen van de cirkels kan er daarom al voor gekozen worden om die cirkels die later een één representeren dicht op de vorige cirkel te tekenen, zodat ze de uiteindelijke mandala niet gaan domineren.
Tip bij 3:
Het is niet moeilijk om de binnenste cirkel in een bepaald aantal delen te verdelen. Het is het lastiger om de ringen tussen de opvolgende cirkels te verdelen. Stel dat we tussen de eerste en tweede cirkel 6 delen willen hebben. De hoek is te berekenen (360:6 = 60), maar die moet in het centrum van de cirkel worden gemeten en alleen in de tweede cirkel worden getekend. Het helpt om één hulplijn te trekken en de hoeken uit te zetten met alleen een klein puntje of streepje in de ring die je wilt verdelen. (Nu kun je in het geval van de verdeling in zes delen natuurlijk ook de straal van de te verdelen cirkel op de omtrek afpassen met de passer)
Tip bij 4:
Een aantrekkelijk voorbeeld helpt, en een écht, persoonlijk voorbeeld helpt helemaal: Hoe oud is de juf zelf eigenlijk?
Mandala Liselot